Een breed gedragen idee onder schippers is dat scheepswerven in het oosten van het land goedkoper én beter zijn. In hoeverre komt dit overeen met de ervaring van willekeurige schippers? We belden er een paar op.
Schipper Gert-Jan Nobel (54) uit Garderen kiest graag voor het noordoosten, als hij een werf zoekt. „Ik kom zelf van het platteland. De mentaliteit daar spreekt mij aan. Het zijn gewoon sympathieke mensen.” Als voorbeeld noemt Nobel de nieuwbouw van zijn droge-ladingschip Adelvotis (3280 ton). Dat liet hij in 2008 bij Scheepswerf Wout Liezen in Meppel bouwen. Nobel: „Die afspraak bevestigden we met een handdruk. Daar hoef je in West-Nederland niet mee aan te komen, die werven willen gelijk alles op papier.”
Oude stempel
Die door hem geroemde mentaliteit vindt hij overigens vooral bij de oudere generaties. „In het oosten heb je naar mijn idee nog wat meer werfbazen van het oude stempel. Die maken een schip zoals je het echt wilt hebben. En bij een willekeurige hellingbeurt nemen ze kleine reparaties op eigen initiatief mee.”
Pensioen
Die generatie gaat langzamerhand met pensioen, weet Nobel, terwijl de jongere garde naar zijn indruk wat meer op de klok kijkt. „Maar als ik eerlijk ben: wij schippers worden óók commerciëler. Dertig jaar terug was je met hart en ziel aan je schip verknocht. Nu kijk ik er veel meer als ondernemer naar.”
Voor reparaties vaart hij meestal naar een werf in Zwartsluis of Meppel. „In het oosten presteren ze naar mijn idee meer per uur, terwijl het uurloon lager ligt.”
Toch hoeft een scheepswerf in bijvoorbeeld de Rotterdamse Waalhaven niet per se duurder te zijn, denkt hij. „Als je vanuit het westen van Nederland een dag heen en terug moet varen naar het oosten, kost dat ook geld. Verder heeft West-Nederland als voordeel dat je altijd wel een werf in de buurt hebt waar je met je probleem terecht kunt.”
Lees verder op de website van Schuttevaer:
„Werven rond Rotterdam werken gewoon vlotter en sneller dan in Limburg.”