In de hooischuur is het aardedonker. Hoog opgestapelde hooibalen en gereedschappen rusten uit na een lange dag. Een poes ligt behaaglijk opgekruld te soezen. Maar wat doet die donkere gedaante die op de vloer beneden haar stil rondstapt?
De poes stoort zich niet aan de mens. Rattenvanger Richard Littooij (51) –want die is het– komt wel vaker in ‘haar’ schuur, en zíj heeft van hem niets te duchten. „Hier, kijk ook eens”, fluistert Littooij.
De warmtebeeldkijker waar hij doorheen tuurt, verwisselt van gebruiker. Hij onthult, ondanks het duister, ook voor de verslaggever het tafereel.
Dan neemt de rattenvanger het opnametoestel, met zo’n beetje de vorm van een halve verrekijker, weer zelf ter hand. Speurend loopt hij verder. „Ha, daar zie ik een keuteltje liggen. Een warm keuteltje. Van een rat. De verschillen tussen dit en katten- of kippenuitwerpselen leer je vanzelf kennen met dit werk.”
Bestrijdingsmiddelen
De inwoner van Capelle aan den IJssel begon bijna een jaar terug met zijn rattenbestrijding, onder de naam ”Rattenvanger van Holland”. Maar nu al besteedt Littooij er zo’n twee avonden per week aan. Zijn werkgebied ligt vooral in het zuidwesten van Nederland.

„Ratten vormen steeds meer een probleem”, weet hij. Niet alleen bij boeren, ook in de grote steden. Maar particuliere stedelingen zullen niet snel zijn hulp inschakelen voor hun postzegeltje grond. Boeren en buitenlui met een uitgestrekt eigen terrein (groentetelers en afvalverwerkingsbedrijven, bijvoorbeeld) zoveel te meer.
Vrouwtjes van de zogeheten bruine ratten – de meest overlastgevende soort – werpen na een dracht van zo’n drie weken gemiddeld zes jongen per keer, die drie maanden later al geslachtsrijp zijn. Het kraamvrouwtje zelf is kort na haar worp alweer vruchtbaar. „Dan gaat het heel hard.”
Lijklucht
Een donker pak, stevige en modderbestendige schoenen, zijn nachtkijker, een jerrycan kippenvoer, een statief en een persluchtbuks vormen zijn gereedschap. Het statief dient om de buks goed te kunnen richten. De inhoud van de jerrycan gebruikt hij als lokvoer. „Daar komen die rakkers op af; ze vinden dat spul fantastisch.”
Rattenklemmen ontbreken in Littooijs arsenaal. „Die zijn niet handig op plekken waar ook kippen lopen. Je moet ze ook telkens nalopen, want een volle klem doet andere ratten niets meer. Verder moet je ze naderhand behoorlijk goed schoonmaken, anders ruiken de andere ratten de lijklucht van hun voorganger nog.”
Eerlijk
Het alternatief, gif, ziet Littooij als een verschrikkelijk bestrijdingsmiddel. „Dat bezorgt die beestjes een langzame, vreselijke dood.” Het gif werkt bovendien door in de voedselpiramide: „Uilen, steenmarters en roofvogels kunnen de knaagdieren in de tussentijd eten. Die krijgen dat gif dan óók binnen.”
Intussen lijkt het middel steeds minder effectief, doordat de ratten er resistent voor worden, meldt Littooij. „Schieten zie ik daarom als de meest effectieve methode, beter dan de reguliere bestrijdingsmethoden.”
Hij vindt zijn werkwijze ook eerlijker. „Ik moet echt mijn best doen om een rat te pakken.”
Lees verder op het online platform Digibron van Erdee Media Groep:
Eens zat hij een uur achter zo’n beest aan. „Uiteindelijk had ik hem in een hoek. Maar ik zag hem vanaf zijn achterkant. Dan schiet ik niet. Ik wil een rat in zijn kop of borst schieten: dan is hij in één keer dood en hoeft hij niet te lijden.”